Home

Hoofdstuk 1 - Begroting op hoofdlijnen

Inleiding

De financiële begroting is opgenomen in hoofdstuk 4 van de programmabegroting. In hoofdstuk 3 van de programmabegroting vindt u de paragrafen. Enkele paragrafen geven daarbij specifiek inzicht in een doorsnede van de financiële begroting. De paragrafen "Weerstandsvermogen en risicobeheersing" en de "Financiering" zijn hier voorbeelden van.

In deze paragraaf wordt u meegenomen in de ontwikkeling van het financieel beeld vanaf de Kadernota 2025-2028.

Deze paragraaf start met een samenvattende tabel waarin inzicht wordt gegeven in de financiële ontwikkeling van de begroting 2025 en het bijbehorende meerjarenperspectief 2026-2028 vanaf de Kadernota 2025-2028. In deze tabel zijn de financiële ontwikkelingen gegroepeerd. De tabel start met "Saldo Kadernota 2025-2028", gevolgd door “Meicirculaire 2024 provinciefonds “, “Structurele Opgave Kadernota 2025-2028” en tot slot " Zomernota 2024". Dit leidt tot de beginstand van de begroting 2025. Hierin zijn ook de administratieve wijzigingen verwerkt. Daarna volgen de autonome ontwikkelingen en ontwikkelingen in programma's in de begroting zelf. Onder de tabel is per onderdeel een toelichting opgenomen. 

Aanvullende financiële voorstellen na de Kadernota 2025-2028

Ontwikkeling financieel meerjarenperspectief

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Structureel

Structureel

Structureel

Structureel

2025

2026

2027

2028

2025

2026

2027

2028

Stand na de Kadernota 2025-2028

-15.022

-9.707

-14.275

36.292

15.390

10.078

14.939

-27.220

Meicirculaire 2024 Provinciefonds

0

0

0

0

-359

534

257

13.481

Structurele opgave kadernota 2025

0

0

0

0

0

0

0

-8.000

Zomernota 2024

-687

-131

-311

0

187

187

187

187

Beginstand begroting 2025-2028

-15.709

-9.838

-14.586

36.292

15.217

10.798

15.382

-21.553

Bijstellingen begroting

Autonome ontwikkelingen

0

0

0

0

165

5.842

8.096

11.684

Ontwikkelingen in programma's

0

0

0

-1.088

327

-213

-1.346

122

Saldo begroting 2025-2028

-15.709

-9.838

-14.586

35.204

15.709

16.427

22.132

-9.747

De begroting 2025 is na de autonome ontwikkelingen en de ontwikkelingen in de programma's sluitend. In het meerjarenperspectief sluit 2026 met een positief saldo van € 6,589 miljoen, 2027 met een positief saldo van € 7,546 miljoen en 2028 met een positief saldo van € 25,457 miljoen.
In 2028 is er sprake van een structureel nadeel van € 9,747 miljoen, wat gecompenseerd wordt door een fors incidenteel voordeel van € 35,204 miljoen. Het structurele tekort komt uit op 2% van de begroting. Dit tekort wordt veroorzaakt door investeringen die vallen in de jaren na 2028. De kapitaallasten van deze investeringen worden in beeld gebracht om de structurele lasten van alle voornemens die in het coalitieakkoord staan, op het netvlies te houden. Deze lasten worden in beeld gebracht in het laatste jaar volgens de gebruikelijke systematiek. 

Toelichting op aanvullende financiële voorstellen na de Kadernota 2025-2028

Saldo na de Kadernota 2025-2028  
De door uw Staten in juni 2024 vastgestelde Kadernota 2025-2028 vormt het startpunt voor de verwerking in de begroting 2025. In de Kadernota zijn de voorstellen per programma opgenomen. Voor de inhoud en toelichting van de diverse onderdelen, zoals de voorstellen per programma, verwijzen wij u naar de Kadernota 2025-2028. Provinciale Staten 19 juni 2024 09:30:00, Stateninformatie Provincie Utrecht (provincie-utrecht.nl)

Meicirculaire 2024 provinciefonds
De structurele bijstelling van het accres in de meicirculaire 2024 is vanaf 2025 financieel verwerkt in de primitieve begroting 2025. Hierover is uw Staten in juni geïnformeerd door middel van een Statenbrief. Meicirculaire 2024 provinciefonds (provincie-utrecht.nl)
De impact van de wijziging van het indexatiemodel voor het provinciefonds is hiermee opgenomen in de provinciale begroting. De indexering van het provinciefonds is niet langer gekoppeld aan de rijksuitgaven (de zogenaamde Trap op Trap af systematiek), maar aan het bruto binnenlands product (BBP).
Ook het definitief schrappen van de opschalingskorting vanaf 2026 is hiermee verwerkt in de begroting.

Structurele Opgave Kadernota 2025-2028
De aanvullende structurele opgave van 8 miljoen euro die bij de Kadernota 2025-2028 is ingeboekt voor 2028, is volledig ingevuld door de ruimte die is ontstaan vanuit de meicirculaire 2024 provinciefonds.

Zomernota 2024
In de Zomernota 2024 zijn enkele meerjarige bijstellingen opgenomen. Voor een overzicht en toelichting van de diverse meerjarige bijstellingen verwijzen wij u naar de Zomernota 2024, paragraaf 2.1. Provinciale Staten 02 oktober 2024 19:00:00, Stateninformatie Provincie Utrecht (provincie-utrecht.nl)

Beginstand begroting 2025  
Het begrotingssaldo uit de kadernota 2025-2028, de meicirculaire 2024 provinciefonds, de structurele opgave kadernota 2025-2028  en de meerjarige bijstellingen uit de zomernota 2024 vormen de beginstand van de begroting 2025 en het meerjarenperspectief 2026-2028.
In deze beginstand zijn meerdere onzekerheden nog niet meegenomen, dit aangezien het onduidelijk is of, wanneer en/of hoe groot het effect gaat zijn. De belangrijkste van deze onzekerheden is het verdeelmodel van het provinciefonds, waar een stevig financieel nadeel word verwacht. Het is echter onduidelijk wanneer de herziening gaat plaatsvinden. Verder is er het UPLG, hierbij zijn financiële middelen toegezegd aan de provincie Utrecht maar lijkt het beleid sindsdien in beweging. In het hoofdlijnenakkoord is afgesproken dat er wordt bezuinigd op de SPUK’s, ook hiervan is de impact op de provincie Utrecht nog onbekend. De oproep tot besparen op Rijksniveau onder de studiegroep begrotingsruimte kan leiden tot bezuinigingen in Den Haag. In het verleden zou dat gevolgen hebben gehad voor het provinciefonds doordat het provinciefonds meeliep met de trap-op trap-af systematiek. Echter er is nu een nieuwe accressystematiek waarbij het accres wordt bepaald op basis van de bbp-stijging, dus zonder specifieke besluitvorming hoort een bezuiniging in Den Haag geen gevolgen meer te hebben op het provinciefonds. Als laatste is er nog het effect van de groeisprong op de begroting van de provincie Utrecht. Hierover wordt u separaat geïnformeerd. 
Er zijn daarnaast autonome ontwikkelingen en ontwikkelingen programma's die wel een kwantificeerbaar incidenteel en/of structureel financieel effect hebben op het begrotingssaldo. Deze worden hierna toegelicht.

Autonome ontwikkelingen

Ontwikkeling

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Structureel

Structureel

Structureel

Structureel

2025

2026

2027

2028

2025

2026

2027

2028

Bijstelling opbrengst Motorrijtuigenbelasting

0

0

0

0

2.084

-239

265

1.853

Compensatie derving Motorrijtuigenbelasting

0

0

0

0

0

8.000

9.750

11.750

Gestegen energielasten

0

0

0

0

-3.715

-3.715

-3.715

-3.715

Servicebureau

0

0

0

0

-115

-115

-115

-115

Stelpost Kaderbrief 2024-2027

0

0

0

0

1.500

1.500

1.500

1.500

Stelpost subsidies

0

0

0

0

411

411

411

411

Totaal autonome ontwikkelingen

0

0

0

0

165

5.842

8.096

11.684

Toelichting autonome ontwikkelingen

Bijstelling opbrengst Motorrijtuigenbelasting 

In de kadernota 2025-2028 is de opbrengst van het provinciaal opcenten naar boven bijgesteld als gevolg van de verhoging van het tarief op basis van de gemaakte afspraken in het coalitieakkoord 2023-2027. De opbrengst wordt nu geactualiseerd op basis van de meicirculaire 2024. Hierover is uw Staten in juni geïnformeerd door middel van een Statenbrief. Meicirculaire 2024 provinciefonds (provincie-utrecht.nl)
Uit de Voorjaarsnota van het Rijk, de meicirculaire 2024 provinciefonds en het voorlopig wetsvoorstel Belastingplan 2025 blijkt dat de vrijstelling voor emissievrije auto’s vanaf 2026 zal worden verlengd. Voorgesteld wordt:

  • om vanaf 1 januari 2026 voor emissievrije personenauto’s een tariefkorting van 40% toe te passen die geleidelijk afloopt naar 30% in 2030 om daarmee de stagnatie van de ingroei van zeer zuinige personenauto’s in het wagenpark te voorkomen;
  • om de lagere opbrengsten bij de provincies te compenseren en hiertoe een budget van 656 miljoen euro te reserveren. Dit bedrag zal na goedkeuring van het parlement via het provinciefonds worden uitgekeerd.

Alhoewel besluitvorming over de Voorjaarsnota en het Belastingplan 2025 nog niet heeft plaatsgevonden, hebben we in onze raming voor de jaren 2026 tot en met 2028 voorzichtigheidshalve rekening gehouden met een vrijstelling voor emissievrije auto’s van 40%.

Compensatie derving Motorrijtuigenbelasting 
De verlenging van de vrijstelling voor emissievrije auto’s vanaf 2026 leidt voor provincies tot lagere inkomsten uit de opcenten. Ter compensatie is een budget van € 656 mln. gereserveerd op de Aanvullende Post verdeeld over de jaren 2026 t/ m 2030. Er is momenteel nog geen duidelijkheid over de verdeling van deze compensatie per provincie. Voorzichtigheidshalve ramen we de compensatie voor de provincie Utrecht vooralsnog op 1/12e deel (8,33%). Ter illustratie; in de jaren 2022 t/ m 2024 was de jaarlijkse landelijke compensatie € 124 mln., waarvan € 13,55 mln. voor de provincie Utrecht, zijnde 10,93%.

Gestegen energielasten
In 2023 zijn de energieprijzen enorm gestegen. Het tekort wat daardoor ontstond is incidenteel in de Zomernota 2023 gerepareerd. Ook in 2024 zijn de energieprijzen nog hoger dan structureel opgenomen in de begroting. Omdat de verwachtingen vanaf 2025 onzeker waren, zijn bij de begroting 2024 alleen de energielasten van de jaarschijf 2024 incidenteel met € 3,715 mln. verhoogd. Wel is er een stelpost van € 1,5 mln. vanaf 2025 aangehouden. Op dit moment is de verwachting dat de energieprijzen structureel op het niveau van 2024 zullen blijven. Voor 2026 zal er opnieuw gekeken worden naar de actuele situatie, waarbij dan ook gekeken zal worden naar het verbruik in relatie tot verduurzaming.  

Servicebureau
In de kadernota 2025-2028 is de dekking voor het voorstel “2.8 Servicebureau” per abuis dubbel opgenomen. Er is zowel bij voorstel “2.9 Dekking servicebureau vanuit Mobiliteit” als bij voorstel “5.3 Overschrijving naar programma 2 voor servicebureau” dezelfde dekking opgenomen. Met deze mutatie wordt dit gecorrigeerd.  

Stelpost Kaderbrief 2024-2027
Gelet op onzekerheden van de energielasten vanaf 2025 is het restant van deze stelpost groot € 1,5 mln. bij de begroting 2024 nog aangehouden. De stelpost wordt nu ingezet ter dekking van de gestegen energielasten.

Stelpost Subsidies
Dit betreft de actualisatie van de stelpost subsidies voor de bijdragen aan het IPO, de RUD en OD-NZKG op basis van de inmiddels beschikbare (concept) begrotingen 2025. Per saldo zijn er minder middelen benodigd dan geraamd ten tijde van de Kadernota 2025-2028.

Ontwikkelingen in programma's

Naam ontwikkeling

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Incidenteel

Structureel

Structureel

Structureel

Structureel

2025

2026

2027

2028

2025

2026

2027

2028

Actualisatie kapitaallasten

0

0

0

-1.088

327

-213

-1.346

122

Totaal ontwikkelingen in programma's

0

0

0

-1.088

327

-213

-1.346

122

Toelichting ontwikkelingen in programma's

Actualisatie kapitaallasten

Overeenkomstig de Nota investeren wordt bij de begroting een geactualiseerd Meerjaren investeringsplan (MIP) Mobiliteit vastgesteld. Vanuit dit MIP zijn de kapitaallasten berekend voor de jaren 2025-2028. De bijstelling binnen het kapitaallastenplafond is de mutatie ten opzichte van het MIP Mobiliteit bij de Kadernota 2025-2028. Het MIP is als aparte bijlage toegevoegd en ligt ook ter vaststelling voor.

Deze pagina is gebouwd op 10/03/2024 11:59:19 met de export van 10/03/2024 11:50:32