Wat gaan we daarvoor doen?

Bij dit onderdeel staan op hoofdlijnen de activiteiten die we gaan uitvoeren:

4.1   De gebouwde omgeving gebruikt minder energie en wordt duurzamer verwarmd.  

1. Ondersteuning van gemeenten, verenigingen van eigenaren, woningcorporaties, particuliere verhuurders, energiecoöperaties en bewonersinitiatieven bij verduurzaming van de woningvoorraad. We doen dit onder andere via samenwerkingsprojecten met gemeenten binnen het Energie Diensten Centrum (EDC). Ook wordt - afhankelijk van de uitkomst van nadere verkenning - een voorstel uitgewerkt voor een provinciaal warmtebedrijf.  
2. Opschaling van het energietoezicht en ondersteuning voor energiemaatregelen (waaronder zon op dak) bij bedrijven en maatschappelijke organisaties. We doen dit onder andere via de ontzorgingsprogramma’s voor maatschappelijk vastgoed (OMV) en voor MKB-bedrijven (O-MKB) en het programma verduurzaming bedrijventerreinen (PVB). 

4.2   De opwekking van duurzame elektriciteit is sterk toegenomen. 

1. Ondersteuning van gemeenten om zon- en windprojecten op land verder te brengen in de ruimtelijke procedure zodat deze in 2030 gerealiseerd kunnen worden met aandacht voor onder andere lokaal eigendom. 
2. Vervolging van de projectbesluitprocedure voor windenergiegebieden waar de gemeenten de provincie daartoe hebben gevraagd en (indien nodig) voor gebieden waar de provincie op eigen initiatief projectbesluitprocedures vervolgd. Uitwerking hiervan zal conform het Beleidskader Lokaal Eigendom en Participatie plaatsvinden. 
3. Ondersteuning van energiecoöperaties bij de realisatie van lokaal eigendom bij zonne-energie en windenergieprojecten onder andere via Energie van Utrecht en het Ontwikkelfonds. Energiecoöperaties krijgen ook steun om een grotere doelgroep te bereiken (uitvoering motie M24-14 Bekend en Bemind: Energiecoöperaties voor ons allemaal). 

4.3   De energietransitie is haalbaar, betaalbaar en innovatief. 

1. Borging van haalbaarheid en/of betaalbaarheid in de verschillende samenwerkingsprojecten- en programma's van het Energie Diensten Centrum (EDC). We doen dit onder andere via het Meerjarig Collectief Ontzorgingsprogramma (MCO-programma) waarbinnen ook de extra middelen voor grootschalige isolatie worden ingezet (Statenvoorstel Plan inzet middelen versnelling energietransitie). 
2. In samenwerking met partners kansrijke innovatieprojecten aanjagen, opzetten en uitvoeren, en projecten van andere partijen via capaciteit of subsidies ondersteunen. Ook ondersteunen we de ontwikkeling van energiehubs op bedrijventerreinen waarvoor extra middelen beschikbaar zijn gesteld (Statenvoorstel Plan inzet middelen versnelling energietransitie). 
3. Behartiging van de provinciale belangen bij het Rijk en Europa omdat de energietransitie in de provincie Utrecht mede afhankelijk is van beleid van andere overheden.

4.4   De energie-infrastructuur is beter afgestemd op vraag en aanbod van (duurzame) energie. 

1. Samen met gemeenten en netbeheerders organiseren we Communities of practice waarbinnen initiatieven voor wonen en werken van elkaar leren en werken aan slimme en netbewuste oplossingen.  
2. In nauw overleg met de netbeheerders en betrokken gemeenten een proactieve rol pakken bij de ruimtelijke inpassing van de grotere netinfraprojecten vanaf 150 kV. Deze rol kan variëren van het organiseren van het proces tot locatiekeuze of invulling rol bevoegd gezag. . 
3. Een nieuw provinciaal meerjarenprogramma infrastructuur energie en klimaat (P-MIEK 2.0) voorleggen aan Provinciale Staten op basis waarvan de netbeheerders hun investeringsplannen verder kunnen aanscherpen en prioriteren.

4.5   Het ondersteunen van de transitie naar een circulaire samenleving is sterker en meer integraal.  

1. Uitvoering geven aan de Middellange termijnstrategie circulaire samenleving door middel van de activiteiten in het bijbehorende uitvoeringsplan.  
2. Onderdeel van het uitvoeringsplan is het reduceren van het gebruik van abiotische (niet hernieuwbare), primaire (voor het eerst gebruikte) grondstoffen in en door de provincie Utrecht via activiteiten op vijf focusthema's: (1) Opdrachtgeverschap, inkoop en subsidies, (2) Ruimte, (3) Circulaire bouw, (4) Vergunningverlening, toezicht en handhaving en (5) Bedrijven en ketens. 
3. We zetten daarnaast in op het versnellen van de transitie via zogenaamde ‘coördinerende werkzaamheden’ waaronder kennisdeling, monitoring en het maken van afspraken met gemeenten en andere partners. 

4.6   De transitie naar een klimaatneutrale samenleving wordt concernbreed beter verankerd en gemonitord . 

1. Uitvoering geven aan de Utrechtse Klimaataanpak: Naar Netto Nul door middel van de activiteiten in de bijbehorende uitvoeringsagenda. 
2. Onderdeel van de uitvoeringsagenda is het monitoren van de voortgang in de zes klimaattafels (klimaatsectoren) bij het bereiken van de klimaatdoelen van de provincie Utrecht en hier intern en extern over rapporteren.  
3. We zetten daarnaast in op het versnellen van de transitie via zogenaamde ‘coördinerende werkzaamheden’ waaronder kennisdeling, monitoring en het maken van afspraken met gemeenten en andere partners. 

Prestatie-indicatoren